Ria Bremer: ‘Als ik wil twitteren, denk ik: oude trut, bemoei je er niet mee’

Soms wil ze twitteren, maar denkt dan: oude trut, bemoei je er niet mee. Eigenlijk hoeft Ria Bremer helemaal niet, zoals huidige presentatoren, een personality te zijn.

Dit dilemma-interview verscheen in de Volkskrant van 13 februari 2015. Lees als PDF

Beeld en Geluid Oeuvre Award of Ridder in de Orde van Oranje-Nassau?

‘Het voelt dubbel om de Oeuvre Award te krijgen. Laatst begon een vrouw tegen me te schreeuwen: ‘Jezus, ik dacht dat jij allang dood was!’ Ik realiseer me goed dat ik deze award niet had gekregen als ik de nieuwe serie Vinger aan de pols in januari niet had gemaakt.

‘Toen ik in 1996 een lintje kreeg, was ik verbijsterd. Ik zat in de tuin te wroeten en mijn man zei: ‘Ga even Erica Terpstra vervangen, die moet iets introduceren bij het gemeentehuis, maar ze is ziek. Trek wel even wat leuks aan.’ Dus ik naar het gemeentehuis in Soest, ik zie mezelf nog lopen. Toen ik de raadzaal binnenging, zag ik mijn moeder zitten en de kinderen. Húílen, ja. Natuurlijk ben je heel dankbaar, vooral voor de mensen die zich hebben ingespannen om jou dat lintje te bezorgen. Maar mijn leven was ook prima verdergegaan zonder lintje.

‘Als ik moet kiezen: toch die award, want dat is een vakprijs van collega’s. Jammer dat ze het niet eerder gedaan hebben, dan had ik niet zo het gevoel gehad van: goh, ze hebben me gezien, ze is nog niet dood.’

Vinger aan de pols of Stuif es in?

‘Stuif es in was een journalistiek programma waarin kinderen vertelden waarmee ze bezig waren: of het nu een kind was dat moest spuiten voor diabetes of iemand die de liefste hond van de wereld had. Ik nam dat heel serieus. Ach, het is maar voor kinderen, zei men soms. Nou, daar moest je bij ons niet mee aankomen.

‘Maar ik kies Vinger aan de pols, want dat is echt mijn eigen programma. Inhoud, productie, redactie, montage, teksten; ik deed álles. Stuif werd door Mieke (Benda, haar hartsvriendin, red.) gemaakt, ik kreeg het aangereikt. Bij Vinger aan de pols bedacht ik het onderwerp, ik ging op onderzoek uit, naar de artsen. Ik heb me altijd erg verantwoordelijk gevoeld voor de deelnemers. ‘Realiseer je goed’, zei ik altijd, ‘dat als je morgen bij de bakker komt, mensen kunnen zeggen: o, jij zat gisteren bij Vinger aan de pols te vertellen over je hartproblemen of het drama met je kind. Wil je dat, kun je dat aan?”

Hilversum of Soest?

‘Soest. Daar zijn mijn kinderen geboren en woon ik nog steeds. Werk en privé kon ik altijd goed combineren doordat mijn man (voormalig AVRO-regisseur en netcoördinator Bob Bremer, red.) ook in Hilversum werkte. Hij wist álles van dat vak en begreep de moeilijkheden. Als ik zei: ik ga vannacht door met monteren, dan zou een ander zeggen: luister eens, zorg nou dat je om zeven uur klaar bent, dan kun je gewoon mee-eten. Bob was bereid ruimte te maken om mij kansen te geven.’

Sonja Barend of Eva Jinek?

‘Ja, die vraag had ik kunnen bedenken. Laat ik beginnen te zeggen: ik oordeel niet over collega’s, dus deze ga ik niet kiezen. Wat ik wel zie is dat je als host wordt neergezet in een personalityshow. Het gaat om íémand, of dat nu Jinek is, Humberto, of Sonja vroeger. Bij mij was alleen mijn rug zichtbaar, ik hoefde me geen zorgen te maken over hoe ik erbij zat. Maar als je midden in beeld zit, ben je onderdeel van de beoordeling. Dat lijkt me een ramp. Het gaat niet meer om je gasten en je vragen, ze zitten alleen maar te kijken: wat heb je aan, hoe diep is je decolleté?

‘Je ziet vaak dat zulke presentatoren eerst twee jaar bezig zijn zichzelf neer te zetten, voordat ze aandacht krijgen voor de inhoud van hun programma. Niet alleen Jinek. Humberto had het in het begin ook. Maar het duurt mij te lang. Jammer, omdat het mensen zijn die het óók inhoudelijk kunnen.’

 

 

Lees verder bij de Volkskrant of op Blendle.