Van der Steur weer in het nauw

Dit artikel verscheen in Het Parool van 4 februari 2016, evenals in het Algemeen Dagblad en in de regionale Persgroep-kranten.

Het blijft rommelen op het ministerie van Veiligheid en Justitie. Misstanden zouden er niet veilig gemeld kunnen worden.

SUSANNE GEUZE en TOBIAS DEN HARTOG
DEN HAAG – Minister Ard van der Steur weet nog niet te overtuigen. Nog maar weinig Tweede Kamerleden zijn er gerust op dat er een einde komt aan de affaires op het ministerie van Veiligheid en Justitie, zeker nu er opnieuw kritiek klinkt. De hamvraag ditmaal: durven klokkenluiders nu wél hun mond open te doen?

Collectieve déjà vu op het Binnenhof. Wéér staat minister Ard van der Steur er beteuterd bij. Wéér een incident. Opnieuw een steigerende oppositie in het parlement.

De minister weet de spoken op zijn departement van Veiligheid en Justitie maar niet van zich af te schudden. Nu bezorgt de voormalige vertrouwenspersoon integriteit van het departement hem weer hoofdpijn.

Voormalig vertrouwenspersoon integriteit, Sjaak Jansen, deed een boekje open tegenover NRC Handelsblad. Ambtenaren ‘zouden wel gek zijn’ om misstanden te melden. In de ervaring van Jansen werden ‘strafexpedities ingesteld’ tegen klokkenluiders. “Het eerste wat men deed is ontkennen en vervolgens wegvegen. Alles is er op gericht om het blazoen schoon te houden. Melders werden niet gepromoveerd of kregen vervelend werk te doen.”

De Kamer reageert verbolgen op de zoveelste editie van de Teevendealaffaire, zeker nadat vorige week aanwijzingen voor een doofpot opdoken. “De hele sfeer en cultuur op het ministerie was er jarenlang niet naar om misstanden te melden,” wrijft SP’er Michiel van Nispen nog maar eens in. “Wat garandeert dan dat klokkenluiders nu wél veilig hun verhaal kunnen doen?”

De oppositie krijgt bijval van de anders loyale coalitiepartner PvdA, die ook wel klaar is met het gerommel. “Dit lijkt te gaan over de uitwassen van een cultuur die niet op orde is,” mopperde Kamerlid Jeroen Recourt. Zelfs zijn eigen VVD wil nu het naadje van de kous weten. “Ik mag toch hopen dat als medewerkers op het ministerie een melding willen doen, ze dat in een veilige omgeving kunnen doen,” schampert VVD-Kamerlid Foort van Oosten.

En dat op de dag dat Van der Steur in overleg met het parlement wilde over de heropening van het onderzoek door de commissie-Oosting. Toen vorige week via Nieuwsuur aanwijzingen naar boven kwamen dat de zoektocht van ambtenaren naar het veelbesproken bonnetje van de Teevendeal ‘door hogerhand’ was stopgezet, kwam Van der Steur voor de zoveelste keer onder vuur te liggen. Hij gaf immers in december zijn ict-medewerkers er de schuld van dat het bonnetje lang onvindbaar was.

D66 is alvast fel. “Wanneer wist de minister wat over het bestaan van de back-uptapes?” wil Sjoerd Sjoerdsma weten. En: “Als hij van niets wist, is de informatie-uitwisseling tussen ambtelijke top en bewindsman dan wel op orde?”

Voor Van der Steur zat er gisteravond weinig anders op dan alles op het heropende onderzoek te zetten. De commissie krijgt ‘alle ruimte’ om haar tweede onderzoek te doen. Zónder budgetbeperkingen, mét de mogelijkheid om iedereen die ze maar wil in te huren of te ondervragen.

Tegenover een hongerige oppositie kan de minister zich over de klachten rond klokkenluiders voorlopig verweren met het feit dat de klagende Jansen amper een maand na zijn aantreden vertrok. Daar staat diens 42-jarige loopbaan op het departement wel weer tegenover. Toch was Van der Steur sinds zijn aantreden juist bezig de bezem door het ministerie te halen. Topambtenaren naar wie de voormalig vertrouwenspersoon verwijst, zijn vervangen.

Maar Van der Steur beseft: hij heeft de schijn tegen. Sinds hij het stokje 320 dagen geleden overnam van Ivo Opstelten, blijven de affaires elkaar opvolgen: foto’s van Volkert van der G., de Teevendeal, MH17-patholoog Maat. Drie keer moest hij publiekelijk sorry zeggen en beterschap beloven.

De minister garandeert kranig dat klokkenluiders ‘op geen enkele manier nadelen zullen ondervinden’ als ze naar de commissie stappen en benadrukt dat in het nieuwe onderzoek ‘de onderste steen boven moet’.

Louis Bontes (VNL) dringt als enige aan op een parlementaire enquête naar de Teevendeal; andere partijen vinden dat zware middel te lang duren. D66’er Sjoerd Sjoerdsma signaleert een ‘heel groot gevoel van urgentie’ om het dossier eindelijk te sluiten. “Ik hoop echt dat dit de laatste keer is dat we deze commissie hoeven in te schakelen.”

Ditmaal vraagt de bewindsman ook maar alvast om ‘vertrouwen’ van de Kamer. Ironisch genoeg deed zijn voorganger Opstelten precies hetzelfde. Een jaar later struikelde die over de Teevendeal.